We zijn er weer! Vorige keer ben ik begonnen met uit te leggen hoe het prille begin van de YA eruitzag, maar we zijn nog lang niet klaar. Tijd om te kijken wat er dan verder nog allemaal gebeurd is, vanaf het moment dat ik steeds meer Engels begon te lezen, en de YA groter werd, met evenementen en al. Heb je de volgende lading Cola en popcorn klaar? Dan kunnen we aan het tweede deel beginnen.

Open deuren intrappen

Naarmate de tijd vorderde, heeft YA zich heel anders ontwikkeld van andere genres. We zitten altijd te klagen over wat uitgeverijen allemaal verkeerd doen, maar in feite mogen we heel blij zijn, want als YA-lezers kunnen wij heel vlot in gesprek gaan met de uitgevers en auteurs, en ze zijn dikwijls heel open over wat ze doen. Ook daar was tien jaar geleden nauwelijks sprake van.

Er zijn hele community’s ontstaan: op Twitter, Facebook, Instagram, Goodreads, blogs… Met die wereld ben ik (met alleen Facebook en Goodreads) iets minder bekend dan de meeste mensen hier, maar sta er maar even bij stil: hoe lang heb/volg je al Bookstagram, of BookTube, of een blog? En als uitgevers boeken promoten, gebruiken ze citaten van de bloggers, niet uit kranten of tijdschriften. Ik trap open deuren in, want ‘dat is toch heel normaal’ – maar we vergeten dat dat vroeger niet zo was.

Daarnaast hebben er tientallen doodgewone mensen, (een paar) particulieren meestal, besloten om hun eigen ding te doen, net als de uitgeverijen en auteurs. Die laatsten organiseren winacties, pre-ordercampagnes, geven speciale edities uit, zorgen voor ARC’s, strooien rond met goodies, merchandising enzovoorts. De particulieren werken samen met de uitgevers en auteurs om speciale drukken te maken, boekenboxen samen te stellen, en maken op compleet eigen initiatief bladwijzers, quotekaarten, kaarsen, de hele mikmak. Het is een industrie geworden – een kleinschalige, maar het is er zeker een. En dat bestaat in de rest van de boekenwereld allemaal nog steeds niet, of slechts in heel beperkte mate.

Langzamerhand drong ook tot schrijvend Vlaanderen, Nederland en andere taalgebieden door dat die YA misschien wel een gat in de markt was, en begonnen er namen te verschijnen die zich op YA toelegden. Mijn eigen ervaringen met oorspronkelijk Nederlandstalig werk waren eerst niet al te positief te noemen. Ik vind dat auteurs bij ons vaak de neiging hebben om heel uitleggerig over te komen, ze moeten alles kinderlijk eenvoudig maken of mooi voorkauwen zodat de lieve lezertjes zeker begrijpen wat er gaande is. Ik heb dat altijd verschrikkelijk gevonden, en helaas heeft het even geduurd voor daar verandering in begon te komen.

Er zijn ook een paar veranderingen rond de YA-wereld gebeurd. Netflix, bijvoorbeeld, is opgekomen en heeft er onder meer voor gezorgd dat niet-Engelstalige series en films steeds populairder en bekender worden. Vanuit Amerika kwam de ene superheld na de andere… en ook het bekende DUU-du DU-du-duu-du DU-du-duu-du! Tien jaar geleden waren dat dingen voor ‘nerds’ en ‘geeks’. Sociale zelfmoord, noemde ik het vorige keer. Mij maakte dat niet uit, maar sommige mensen natuurlijk wel. In een paar jaar tijd is de samenleving echter zo veranderd dat nerds en geeks zo’n beetje gereïncarneerd zijn. Als je nu zo genoemd wordt… is de kans groot dat dat een compliment is. Het is in elk geval normaal. Superhelden-, sf- en fantasyreeksen en -films zijn overal. De ene na de andere reeks en film gebaseerd op een (YA-)boek(enreeks) wordt uitgebracht. Zelfs in kleine landen zoals bij ons gaan elk jaar (behalve in 2020…) tienduizenden mensen naar comic cons, en dan nog in cosplay. Tien jaar geleden wilde je zo nog niet dood gezien worden. Wat de belevenis en betekenis van popcultuur betreft, hebben we op veel vlakken een draai van 180° gemaakt. Dit is de wereld die we nu zo’n beetje kennen. Voelt het aan als thuiskomen?

In de tegenwoordige tijd

Terwijl de wereld wakker werd, zat ik stil te grinniken. Net zoals jullie, misschien. Want wij wisten het natuurlijk allang: fan zijn van die dingen is niet raar, en het is oké om het niet tof te vinden – maar het is ook oké om het wel tof te vinden.

De voorbije vier à vijf jaar is er voor mij weinig veranderd, met uitzondering dat ik iets meer in de YA-community zit. In januari zit ik ondertussen al vier jaar bij de Dear Book Nerd Book Club (de eerste Vlaamse leesclub, en ook dat is intussen veranderd!) – en nu kom ik hier wat vertellen. Dankzij Netflix ben ik meer anime gaan kijken, en nog zo het een en ander.

In dezelfde periode heb ik ook gemerkt dat de YA-schrijvers in Nederland en Vlaanderen hebben doorgekregen wat er misliep. Er is een nieuwe generatie van (vaak jonge(re)) auteurs opgestaan die dat rare taalgebruik van bij ons waar ik vorige keer over sprak niet meer gebruiken. Een hele opluchting!

Er zijn ook andere manieren van lezen gekomen. E-boeken vormen nog steeds een heel klein deel van de markt. Jaren geleden werden ze onthaald als de nieuwe leesvorm, het einde van het papieren boek, maar het is ondertussen gebleken dat dat overdreven was. Nu zijn audioboeken aan het boomen… Is het gewoon een tijdelijke rage of gaat het permanent – en voor een grotere groep – aanslaan? De tijd zal het leren. Zelf hou ik het op papier.

Onder andere door een vertaalopleiding te volgen, ben ik terug meer aandacht gaan besteden aan vertalingen en heb ik begrepen dat ik wel mijn best kan doen om onze lokale YA-wereld te helpen. Ook uitgeverijen zijn daar tegenwoordig heel open over. Want ja: het is steeds moeilijker voor uitgevers en vertalers om te concurreren met Engelstalige versies. Elk Nederlandstalig boek telt, voor beide partijen. Betekent dat dat ik geen Engelse boeken meer koop? Absoluut niet, maar ik koop wel vaker Nederlands als dat mogelijk is. Soms is het wachten geblazen op het vervolg, en het blijft natuurlijk duurder, maar dat moet dan maar. Want meer Engels betekent uiteindelijk minder Nederlands, en de markt zit al in het slop. Uitgeverijen proberen erop in te spelen door POD (printing on demand) aan te bieden, iets wat tot een paar jaar geleden bijna alleen werd gedaan bij selfpublishing.

Tegenwoordig heb ik het idee dat de YA deels is vastgelopen. De contemporary, die later is opgekomen, evolueert nog steeds, er wordt op hoe langer hoe meer verschillende vormen van diversiteit gelet, en die diversiteit dringt verder door in de andere YA zoals fantasy en sf. Maar verder lijkt het in die laatste genres al een hele tijd geleden sinds er echt nog een boek is geweest dat voor een soort revolutie en hype heeft gezorgd, zoals Bella en Katniss hebben klaargekregen. Zelf heb ik de indruk dat dat stuk van de YA-wereld een beetje wacht op iets nieuws dat de klepel nog eens laat doorslaan, zoals al een paar keer gebeurd is. We wachten op iets dat zo origineel is dat we weer een paar jaar verder kunnen. Ik dan toch, in elk geval: sinds 2018 is het aantal boeken dat ik koop echt drastisch gedaald. Ik ben niet de enige die minder koopt, want de hele boekensector krijgt met dalende cijfers af te rekenen. Zelf geef ik wel meer geld uit aan strips, want ik zei het al in mijn introductie een tijdje geleden: er zitten pareltjes tussen. De veranderingen in mijn hobbyleven van de laatste twee à drie jaar kunnen zo samengevat worden: minder boeken, meer strips. Ach ja, mijn portefeuille blijft in balans…

De vragen blijven

In tien jaar tijd is er iets nieuws ontstaan, iets waar we in 2010 nog geen woord voor hadden: YA. En natuurlijk kunnen we boeken van daarvoor als ‘YA’ identificeren; het is niet omdat de term er niet was, dat het fenomeen er zelf niet was, maar dat waren toch uitzonderingen volgens mij. Harry Potter was er zo eentje, YA avant la lettre. Je had ook een 14+-categorie, maar die zag er volgens mij toch anders uit dan wat YA nu is, en ik heb de indruk dat er ook inhoudelijk vaak verschillen waren. Vroeger was er een veel grotere breuk tussen kinderboeken, dat ging tot 14 jaar ongeveer, en daarna kwam de volwassenenlectuur. Nu is er iets tussengekomen. En het is verbijsterend om te zien wat dat allemaal inhoudt ondertussen. De hele YA-wereld, niet alleen het YA-boek, heeft een hele weg afgelegd.

Ik heb veel gezegd. Ik ben ongetwijfeld minstens evenveel vergeten. Maar je moet ergens stoppen, en ik denk dat ik wel een redelijk beeld heb gegeven van wat er gebeurd is. En je merkt dat nog lang niet alles achter de rug is. We komen uit het verleden, we staan nu in het heden, er blijft dan ook nog één grote vraag over.

Waar gaan we naartoe, wat staat er ons te wachten? Hoe ziet de YA-wereld er over vijf, tien jaar uit? Kunnen we een berekende gok maken over wat er nog allemaal komt?

Voor het einde van 2020 kom ik nog terug om na te denken over wat er ons mogelijk te wachten staat. Denk gerust mee, en laat het weten als je zelf ideeën hebt, of als je het met iets wat ik hierboven schrijf niet eens bent, als je met vragen zit, als je zelf iets wilt toevoegen, wat dan ook.

Tot de volgende reis door de tijd!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.