Na het drukke Siem Reap gingen we richting de kust: eerst naar Kampot en dan naar Kep. Kampot staat bekend om durian: een typische Aziatische vrucht met een fel uitgesproken geur. Daarmee dat ze er zelfs een standbeeld van hebben gemaakt. Kampot is duidelijk minder toeristisch dan de grote trekpleister Siem Reap, maar toch kon ik merken dat het een aantrekkelijke plaats is voor toeristen.

De Cambodjaanse kust: geen Koh Rong en geen Sihanoukville

Ik had al eens laten vallen dat wij onze plannen eigenlijk van dag tot dag maakten, en dus ook het boeken van hotels werkt altijd last minute gedaan. Daardoor hadden we meer vrijheid, maar aan de andere kant hadden we niet altijd te kiezen bij hotels. In onze planning stond vast dat we sowieso naar de kust gingen en liefst nog naar het befaamde Koh Rong. Koh Rong staat bekend om zijn azuurblauwe water en wordt de hemel ingeprezen als een paradijs. Het is dat ook vrij in trek bij toeristen die houden van feestjes. Maar het was moeilijk voor ons om daar te geraken, omdat het echt een heel eind rijden was. Bovendien waren de hotels er enorm duur, dus we besloten om Koh Rong toch maar te laten schieten (met wat pijn in mijn hart).

Vervolgens waren we aan het denken om naar Sihanoukville te gaan. Daar waren we al eens geweest, maar we hadden toen enorme pech dat het de hele tijd regende. Maar mijn familie zei dat Chinese investeerders het daar vol aan het bouwen zijn, en dat het er niet meer mooi is. Bovendien hadden we heel veel moeite om een vlucht te boeken van Siem Reap naar Sihanoukville, ook dat was gewoon te prijzig.

Dus toen besloten we om naar Kampot en Kep te gaan, 2 verschillende steden die heel dicht bij elkaar liggen en waar ook wel wat te zien zou zijn. Nu was de vraag hoe we snel van Siem Reap naar Kampot zouden reizen? We boekten weer een mini bus, maar omdat de nachtelijke ritten niet veilig zijn in Cambodja (geen straatverlichting en roekeloze chauffeurs), wou ik alleen maar overdag reizen. Om het toch comfortabel te houden, hielden we dan maar een tussenstop in Phnom Penh, vanwaar we makkelijk zouden kunnen reizen naar Kampot. Al was het misschien jammer dat we terug naar Phnom Penh moesten gaan, veiligheid boven alles!

Aangekomen in Kampot werden we algauw aangesproken door tuktuk chauffeurs en toen we het adres van ons guesthouse lieten zien, viel onze mond open van de prijs om daar te geraken met de tuktuk. De chauffeur zei dat de weg enorm slecht was met heel veel gaten. Ik dacht eerlijk gezegd dat hij overdreef om de prijs op te drijven. Later ben ik daar terug op moeten komen, want het was echt een rotweg. Het eerst stuk was een mooi aangelegde weg, maar na een paar kilometer zaten daar enorme kuilen in! Na nog een paar kilometer, werden we weer begroet door een zandweg. De chauffeur had echt niet overdreven. :p Wijselijk besloten we weer een brommer te huren aangezien ons guesthouse wel een eind lag van het centrum.

Backpackers en hipsters

De vibe die in het centrum van Kampot hing was vrij relaxed. Het viel op dat er enorm veel backpackers rondhingen en – ja sorry, ik kan het niet anders zeggen – nogal veel hipsters. Op het dorpsplein zaten veel lokale eetstandjes en ’s avonds was het daar altijd knus: er was altijd een gezellige mengeling van toeristen en locals. Veel westerlingen baten trouwens ook een eigen zaak uit rond de dorpskern. Zo hebben we aan cafeetje/boekenzaak bezocht, uitgebaat door Franse mensen. Ergens anders zijn we dan weer gaan eten bij een Noor (al was het eten toen echt slecht).

Dorsu en Epic Arts Café

Het leek er dus op dat Kampot zich meer en meer aan het richten was op toeristen. Omdat ik houd van winkels bezoeken had ik online gezocht wat voor leuke winkels er waren in Kampot. En zo kwam ik uit op Dorsu. De kledingwinkel Dorsu heeft mij echt weten te charmeren. Zij zetten in op duurzame en ethische kledij die ze maken in hun naaiatelier in Kampot. Hun collectie bestaat uit kleren die tijdloos zijn en die je dus altijd kunt dragen. Zij zetten dus in op slow fashion in plaats van fast fashion. Ze maken de kleren uit overgebleven resten stoffen van fabrieken. Bovendien – en dit is iets wat ik echt heel belangrijk vind – wordt hun personeel heel goed behandeld. Zo krijgen ze 30% meer dan het minimumloon in kledingfabrieken in Cambodja en werken ze 5 dagen in de week i.p.v. de typische zes dagen in Cambodja. Omdat ik het zo mooi vind wat ze doen, heb ik verschillende kleren daar gekocht.

Epic Arts Café is een café/restaurant waar mindervalide personen worden tewerkgesteld. Je krijgt dus een papier waarop je moet aanduiden wat je wilt bestellen omdat er ook dove mensen werken. In Cambodja wordt er niet ingezet op mindervalide personen, en door zo’n initiatieven krijg ik echt hoop dat er verandering gaat aankomen, voor iedereen. Oh ja, en niet onbelangrijk: het eten was er ook echt lekker 😉 . Alleen, het is mooi dat zulke initiatieven er zijn, maar naar mijn gevoel maakt het de lokale bevolking het niet uit. Feit is dat zowel Dorsu als het café alleen bezocht worden door toeristen.

Rondrijden met de brommer

Al ligt Kampot aan de kust, er is geen (mooi) strand. Dus strandhangen lag er niet in. Kampot staat wel bekend om de zoutvelden, dus met de brommer zijn we daar eens naartoe gereden. Onderweg konden we ook zo eens van het normale leven proeven, al lagen er niet veel huizen onderweg.

Bokor National Park

De bekendste attractie van Kampot is het befaamde Bokor National Park. Deze ligt op een reusachtige berg en vanboven is er vanalles te zien. Gelukkig was de weg heel goed, al duurde het met de brommer wel eventjes voor we er waren. Het eerste wat we onderweg tegenkwamen was een vrouwelijke buddha. Vandaar was het nog een stuk rijden voor de andere bezienswaardigheden. Zo zijn we naar de waterval gegaan, maar deze was niet echt spectaculair door het gebrek aan water. We zijn ook wat tempels gaan bezichtigen, we kwamen ook langs een oud casino én er lag een oude kerk. Maar vooral: het uitzicht was adembenemend!

Grotten: Phnom Chgouk en Kbal Romeas

Ben had online gevonden dat er in de buurt enkele grotten waren die wel de moeite waren. Zo gingen we eerst op pad naar Phnom Chgnouk met onze geliefde gehuurde brommer. Door de typische zandweggetjes maakte we ons een baan naar die grotten. Ook hier was het weer een uitdaging om te rijden aangezien er de hele tijd zwaar vrachtverkeer op en af reed. Maar gelukkig konden we ons vergapen aan de typische Cambodjaanse huizen die er overal lagen.

En zo kwamen we aan bij de grot. Het was een beetje raar, want normaal gezien moet je daar geen inkom betalen, maar een man daar zei dat we we moesten betalen voor het onderhoud. Het klonk ons maar vreemd in de oren… Aan de bomen stond een heel groepje kinderen, die daar staan te wachten om toeristen rond te leiden voor geld. Dat is iets wat je vaker ziet bij toeristische sites: kinderen worden ingezet om wat geld te verdienen. De regel die aan toeristen wordt opgelegd is eigenlijk dat je geen geld mag geven aan kinderen die iets verkopen. Dat is zo omdat de ouders dan geloven dat ze hun kinderen niet meer naar school moeten gaan omdat ze anders niet voldoende geld hebben. Het is inderdaad zo dat het niet juist aanvoelt dat kinderen worden ingezet om spullen te verkopen, maar van wat ik heb gezien gaat een deel van die kinderen wél al naar school. Het is alleszins een moeilijke situatie.

Maar goed, er waren 2 jongens die ons een rondleiding gaven in de grot. Het was trouwens een zondag, dus de scholen waren sowieso toe, maar ze zeiden dat ze naar school gingen en ze konden behoorlijk goed Engels. Het waren amusante kereltjes die ons probeerden te overtuigen om door een smalle gang in de grot te kruipen. Daar hebben we toch hartelijk voor bedankt.

Kbal Romeas

Na deze grot waren we heel toevallig op Kbal Romeas gestuit waar er vooral aan rotsklimmen werd gedaan. Deze grotten waren meer indrukwekkend en zonder gids hadden we nooit geweten wat er allemaal verborgen lag. Het was een avontuur vol klimmen en oppassen om onze hoofden niet te stoten tijdens de wandeling. 😉

Na 5 dagen was het tijd om afscheid te nemen van Kampot (of toch voor eventjes althans) en onze reis verder te zetten naar Kep. Kampot heeft ons echt weten te charmeren, en ik zie in waarom er veel Westerlingen hebben besloten om daar te blijven. Het is er rustig met nog voldoende bezienswaardigheden om je helemaal niet te vervelen. Kampot is dus echt een aanrader (maar dat zeg ik natuurlijk van elke stad).

Liefs,

Rani

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.